10 december 2005 - over de Tokyo International School en hysterisch achter een schoolbus aanrijden
Midden in het kantorendistrict Minato-Ku, verstopt achter een zware houten deur die toegang biedt tot een steegje, ligt de Tokyo International School (TIS). Door de vrolijke, oranje, gele en blauwe keuren waarin het gebouw is geverfd, vergeet je dat het eigenlijk een enorme betonnen kolos is. Als je binnenkomt, lachen foto’s met gezichten van kinderen uit alle delen van de wereld je toe. Heel opwekkend. Hier zitten 40 nationaliteiten.Ook binnen heeft iedere verdieping zijn eigen kleur. Het is er knus en dat komt vooral omdat het gebouw zo laag is en compact. In Japan is het eeuwig schipperen met ruimte. De lokalen zijn bijzonder klein voor onze begrippen. De Nederlandse schoolinspectie zou er schande van spreken, er onmiddellijk een stokje voor steken en maandenlang zou de affaire het Nederlandse nieuws beheersen. Ik geloof niet dat de kinderen er onder lijden. Wat alles weer goed maakt is een groot plein mét zwembad, voor in de zomer. En een zonovergoten aula met een prachtige houten vloer en een imposant podium. Hier wordt gesport en geacteerd. Kan me nu al verheugen op Jim´s theaterdebuut.
Toen Bert en ik in juli voor het eerst kwamen, om Jim op te geven, meenden we dat de school wars was van overdreven ambities. Maar nu ik het school-statement tot me heb genomen, weet ik beter. Dat luidt als volgt: ‘To nurture confident, open minded, independently thinking, well balanced inquirers for global responsability’. Ik word al moe als ik het lees. Op de Boekman school in Amsterdam beperkte men zich tot het respecteren van Artikel 1 van de Grondwet: ‘Gij zult niet discrimineren’. Dat was een stuk overzichtelijker.
Gelukkig is hier in de dagelijkse gang van zaken weinig te merken van overambitieus gedrag en wordt er op een vriendelijke manier les gegeven. Jim is steeds met de computer in de weer, waar hij allerlei dieren op moet tekenen en krijgt iedere dag Engelse les. Laatst bracht hij zijn eerste, heuse T.I.S Award mee naar huis. ‘For enthusiastically taking on the challenge of learning English.’ Een officiële oorkonde, ondertekend door juf Rose, een alleraardigste vrouw uit Nieuw Zeeland. Is dat niet goeiig?
Wat ons ook meteen opviel, tijdens ons eerste bezoek, was de bak met helmpjes naast ieder lokaal en een grote rugzak met een eerstehulp-kit en drinkwater. ,,Oh, that´s in case of the earthquake,’’ zei de directrice terloops. Ik ben er inmiddels aan gewend geraakt dat alles en iedereen hier in constante voorbereiding is op een aardbeving, alsof dat de normaalste zaak van de wereld is. Inmiddels hebben we zelf ook de wonderlijkste conversaties thuis. Zo vroegen we laatst aan Jim: ,,Wat doe jij eigenlijk als je op school zit en er komt een aardbeving?’’ Hij antwoordde: ,,Dan zet ik m’n helmpje op en ren ik heel hard naar buiten!’’ Fout! ,,Nee Jim, dan zet je een helmpje op en ga je onder de tafel zitten.’’
De eerste weken verliepen heel soepel en Rose vertelde me dat Jim voortdurend aan de hand werd genomen door meisjes (hoe kan het ook anders) die hem de school wilden laten zien. Ook ging ik op een ochtend koffie drinken met moeders van kinderen uit zijn klas (niemand werkt) en vertelde een Francaise me dat haar dochtertje Amélie zo leuk speelt met Jim. Zelf wist hij niet meer wie dat was, zoals hij de namen van alle kinderen vergeet. Maar ik dacht: dat zit wel goed. Toch kreeg hij laatst een terugval en vertrouwde hij me toe dat hij zich soms net ‘een muur’ voelt, omdat hij niemand verstaat en niemand hem. Brok in m’n keel. Maar ja, zoals dat gaat bij kinderen, was hij een dag later alweer de oude. Toch ben ik blij dat het over een kleine week kerstvakantie is en dat hij even tot rust kan komen. Volgend semester beginnen de nieuwe schoolclubs en gaat’ie op dinsdagmiddag tennissen en op donderdagmiddag, jawel, naar karateles (floorhockey zat al vol, schijnt razend populair te zijn, ook al is hier in de verre omtrek geen hockeyveld te vinden). Ook de naschoolse activiteiten zijn weer goed geregeld want op die dagen gaat er een late schoolbus.
Tsja, de schoolbus, dat is bijna een verhaal apart. Alhoewel het ding zo ongeveer de hele stad doorkruist, wordt Jim iedere dag exact om half acht opgehaald bij het Yoyogi Station (in Nederland lagen we dan nog in bed) en daar exact om tien voor vier ’s middags weer afgezet. Ik heb in deze stad tot nu toe alleen nog maar in files gestaan, zodra ik in een auto stapte. Het is me dus een raadsel hoe die buschauffeur het klaarspeelt. Die punctualiteit kan overigens ook een nadeel zijn. Afgelopen dinsdag bijvoorbeeld, zou ik Jim van school afhalen omdat er feestdag was waarop ook ouders welkom waren. Eerst Vic ophalen op zijn schooltje om 14.15 en vervolgens de metro in. Zal je net zien dat je abonnement opeens is verlopen en dat je zeker vijf minuten staat te hannesen bij een automaat met alleen Japanse lettertekens. Enfin, ik kom om 15.07 aangerend bij de T.I.S met Vic op m’n rug (z’n karretje hebben we in een taxi laten staan) en ben net op tijd om de schoolbus te zien vertrekken, met Jim achterin. Hij zag mij en ik hem en we waren beiden verbijsterd. Als je namelijk niet op tijd bij de bushalte staat om je kind op te halen, nemen ze hem weer mee naar school. Het enige wat ik nog kon bedenken was in een taxi achter de schoolbus aanrijden. Maar ha! Die was meteen al uit het zich verdwenen.
Arme taxichauffeur. Bij ieder rood stoplicht (dat hier pas na tien minuten weer op groen springt) kreeg ik een soort toeval en Vic zat te huilen dat hij zijn broertje kwijt was en nooit meer terug zou zien. Ultieme stress. M’n agenda bood redding, daarin stond het nummer van de school. Okay, ik was de hoofdschuldige want had op tijd moeten zijn, maar de schoolleiding had ook een klein beetje boter op het hoofd. Want Jim wel degelijk gezegd dat ik hem zou komen afhalen. Volgens de regels had ik ’s ochtends een briefje moeten meegeven en ik zal dat nu nooit meer vergeten. Eind goed al goed, gelukkig had ook de ‘busmonitor’ een mobieltje aan boord en heb ik Jim kunnen bereiken. Ik kwam precies een minuut later aan bij het Yoyogi Station aan dan hij en andere moeders hadden zich al over hem ontfermd. En zo vliegen de dagen hier voorbij
P.s. foto’s volgen als we eindelijk begrijpen hoe we met onze digitale camera moeten omgaan. Zie www.tokyois.com